Текст песни с аккордами
Вступление Lyrics and Music by Boudewijn de Groot Tempo 92 Measure 4/4, sometimes a 2/4 (Chord*) [Intro] A A [Verse 1] A A Wie kan me nog vertellen van de vroege morgenstond G G* A A met goudsel in de mond waar de dichters over dichten? A A Hoe laat kwam toen de eerste zwaluw uit het zomergroen, G G* A A gekleed in boezeroen om de schoonmaak te verlichten? D A G De melkman om vier uur op om koeien te gaan melken, D E E7 om eien te gaan pelken bij de kippen op de stok. A A En in de straat de vullisman die niemand wilde groeten, G A E gezicht vol honingsproeten, verdiende toen een meier D* A A C C bij Knul de Spulleman. C Waar is die zoete kouwe tijd? G Waar is die in de gauwigheid? Dsus4 D E E7 Leve de ik-hou-van-jouwigheid. [Verse 2] A A Er werd nogal gesproken over Kraai de Kanselein, G G* A A zijn lichaam deed hem pijn want hij leed toen aan de teerling. A A Maar verder was het leven goed en ieder was ter vrede. G G* A A Er werd veel fiets gereden en men leefde van de nering. D A G Alleen op zondag was het stil, dan sliep men in de kerken. D E E7 Dat was heel goed te merken want de klekte was niet hil. A A En 's avonds als het donker was, dan ging je op de deren, G A E daar stoven dan de veren totdat de nacht gedonderd en de D* A A C C dag gebroken was. C Waar is die zoete kouwe tijd? G Waar is die in de gauwigheid? Dsus4 D E E7 Leve de ik-hou-van-jouwigheid. [Verse 3] A A Wie kan me nog vertellen van de eerste vliegmachien? G G* A A Heeft u hem ook gezien toen hij naar beneden stortte? A A Nu grinnikt u, maar u grinnikt niet als u te pletter vliegt. G G* A A Een vliegtuig is een smiecht waar niet mee valt te sporten. D A G En onze straat ging nooit tekeer, geen auto's en geen fietsers, D E E7 geen bussen en geen bietsers want die had je toen niet meer. A A Zo was het leven op ons dorp vol sagen en legenden, G A E vol vagen en bekenden, gereed om uit te rukken D* A A C C bij de eerste kalverworp. C Waar is die zoete kouwe tijd? G Waar is die in de gauwigheid? Dsus4 D E E7 Leve de ik-hou-van-jouwigheid. [Verse 4] A A Wie kan me nog vertellen van die dagen in ’t verlegen? G G* A A Het valt me nogal tegen om tot ziens te moeten tellen. [Outro] A (repeat and fade out)
Видео клип
Основные табулатуры аккордов, бой